Het is in de huidige tijd niet altijd gemakkelijk om jonge boer te zijn. Hoe houdt een jonge boer perspectief en hoe kan hij of zij het bedrijf overnemen en toekomstbestendig maken en houden? De provincie vindt het belangrijk op te trekken met het BAJK en samen projecten en activiteiten uit te voeren. Hiervan is het debat met Statenleden een voorbeeld.
Bijna alle (nieuwe) politieke partijen waren bij het debat aanwezig: 16 in totaal. Oud-statenlid Veerle Slegers was de avondvoorzitter.
Er waren ongeveer 60 jonge boeren present, waaronder veel melkveehouders, varkenshouders en akkerbouwers en enkele pluimveehouders en tuinders. Daarnaast waren er diverse partijleden aanwezig als toehoorder. De statenzaal was helemaal gevuld.
Kieskompas
Vooraf hadden het BAJK en ZLTO een kieskompas opgesteld. Zo konden de jonge boeren zich goed voorbereiden op de avond, maar ook op de Provinciale Statenverkiezingen op 15 maart. Het was een kieskompas met een agrarisch sausje; alle politieke partijen hadden hun vijf belangrijkste ‘landbouw’-statements erin opgenomen.
Tijdens de avond kwamen drie stellingen aan bod:
- De provincie Noord-Brabant moet extra financiële middelen beschikbaar stellen om jonge boeren te stimuleren om een landbouwbedrijf over te nemen of te starten en om te investeren in verduurzaming van het bedrijf.
- De toekomstige landbouw in Brabant hoeft niet enkel te bestaan uit biologische en natuurinclusieve bedrijven, maar biedt ook ruimte voor gangbare intensieve en extensieve bedrijven waarbij verdienvermogen en ondernemerskeuzevrijheid leidend zijn.
- Zonder consistent en realistisch langjarig beleid is er geen volhoudbare toekomst voor jonge boeren.
“Het was al met al een geslaagde avond. Niet iedereen was het altijd met elkaar eens, maar er werd wel op een respectvolle manier met elkaar gecommuniceerd”, blikt provinciaal beleidsmedewerker Loes van Erp terug.
Statenleden gaan stage lopen
Aan het eind van de avond kregen enkele politieke partijen een uitnodiging om eens bij een jonge boer een dag stage te komen lopen. Dit om een goed beeld te krijgen hoe een dag op een agrarisch bedrijf eruitziet en om dieper met elkaar in gesprek te gaan. “De eerste afspraken zijn al gemaakt”, besluit Loes van Erp.