Bioboerderij ’t Schop wint Agrofoodpluim met positieve, belangrijke boodschap over eten

Het ondernemende gezin van den Broek brengt lokale producten, natuur, agrarisch ondernemer en (zakelijke) consument samen. Daarbij staan ze pal voor hun idealen: eerlijk, diervriendelijk, transparant en duurzaam werken. Ze verdienen in november de Agrofoodpluim.

Een eeuw geleden startte opa van den Broek een gemengd bedrijf op de zandgronden van Hilvarenbeek. Wat nu een breed biologisch agrarisch circulair bedrijf met winkel, boerderijkeuken en vergaderruimte is en 10.000 bezoekers per jaar trekt, begon ooit met koeien, varkens, kippen, een werkpaard, bieten, aardappelen, graan en zelfs brood voor de hele buurt in de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog nam  zoon Cees het over en specialiseerde zich in eerste instantie in melkvee, later vleesvee. Jan van den Broek zette het werk van zijn vader weer op eigen wijze voort: “Toen mijn vrouw Cécile en ik het bedrijf in de jaren ’80 overnamen, was het een lastige tijd. We moesten iets verzinnen om te kunnen blijven ondernemen.”

Ze gaven een geheel eigen draai aan de vleesveehouderij: al snel verkochten Jan en Cécile hun eigen vlees en startten ze begin jaren ’90 als een van de eersten in Brabant een boerderijwinkel in het schuurtje: ’t Schop. Dat groeide uit tot het begrip in de regio. In de pas gerestylede boerderijwinkel met kun je terecht voor biologische streekproducten. Denk aan varkensvlees van de Voorts Hoeve in Hilvarenbeek , Eindhovense kaas van de Genneper Hoeve en een groente aanbod uit eigen tuin en van Sophia's tuin in Oosterhout en Oirschot Organics.

Ruwvoereters in het Brabants Landschap

De ondernemers gaan een stap verder in duurzaam werken dan alleen de eisen voor een biologisch keurmerk, en werken veel samen in de regio. De koeien van ’t Schop begrazen de natuurgebieden in de buurt, en andersom worden de stallen gestrooid met maaisels uit de buurt en belandt de mest weer op verantwoorde wijze in de natuur. Ook worden seizoensgroenten en -fruit geteeld op het terrein, zonder kunstmest. Met vruchtwisseling wordt de structuur van de bodem beter, en ziekten of onkruid op een natuurlijke manier bestreden. Duurzaam en biologisch gaan voor Bart van den Broek logisch hand in hand “Daar is steeds meer aandacht voor, en ik denk dat het belangrijk is om dat open te laten zien. Zo weet straks iedereen hoe belangrijk biologisch of duurzame voeding is.”

Jan schakelde snel om naar biologisch. “We kozen bewust voor kwaliteit en een ander koeienras; de gangbare Belgisch Witblauw levert veel biefstuk, maar daarbij worden 80% van de  kalfjes met een keizersnee geboren. Daar sta ik niet achter. Naast het Blond d’Aquitaine-ras werken we alweer een tijdje met het Black Angus ras, een ruwvoervreter die veel beter past bij het beheer van het natuurgebied.” Hij weerlegt dat rundvlees per definitie de hoogste ecologische voetafdruk op het klimaat hebben, en zijn doel is de hamburger met de laagste voetafdruk. “Het hangt er wel vanaf hoe je dat vlees produceert: geïmporteerd krachtvoer en kunstmest drukken zwaar op het milieu, en dat gebruiken wij al niet.“ Onderbouwen welke ecologische voetafdruk die hamburger écht heeft is niet eenvoudig, maar daar buigen zich al HAS-studenten en een onderzoeksinstituut over.

Kansen volop in Brabant

Volgens beiden is er meer ruimte voor dit soort biologische initiatieven in Brabant. Veel volledig biologische boerderijwinkels zijn er niet. Jan: “Omschakelen naar biologisch is ook voor veel collega’s niet denkbaar, er bestaat echt een mentale kloof. Ook zou ik ook wel pleiten voor meer ondersteuning aan bio. Toen wij begonnen, was er een omschakelpremie. Die is er niet meer.” Ze willen zich in de toekomst meer richten op de ‘lichtgroene’ consument: de grote groep mensen die wel verantwoorder voedsel wil kopen, maar die ook op zoek zijn naar enige mate van gemak in hun drukke leven. Daarvoor denken ze aan nieuwe producten als soeptassen, waarin alle ingrediënten voor een gezonde, biologische soep al verzameld zijn.

Toekomstmuziek

Op het Schop worden al jaren kookworkshops gegeven , maar de relatief nieuwe combinatie van boerderijkeuken en evenementlocatie is interessant voor zowel particulieren als de zakelijke doelgroep. Toen de keuken net geopend was gaf Cécile zelfs workshops, nu nemen 8 professionele koks dat voor hun rekening. Cécile en Bart bereiden alles voor en stellen de menu’s samen.

De vierde generatie van den Broek staat klaar om het bedrijf precies daarin een stap verder te brengen. Bart van den Broek: “We merken dat we moeten werken aan onze vindbaarheid en naamsbekendheid. Bedrijven kunnen bij ons terecht, maar ook families en vriendengroepen.” De missie: mensen dichter bij de oorsprong van hun voedsel brengen, maar wel op een positieve manier. Zo komen er schoolklassen voor een lessencyclus die het hele seizoen doorloopt: ze spitten, mesten, zaaien, planten, schoffelen, oogsten en koken. Koksopleidingen doen workshops, en koks uit de stad komen voor de beleving van waar voedsel vandaan komt. “We willen mensen echt wat bij kunnen brengen, en ik denk dat we die kant steeds meer opgaan. Eten gaat om het totaalplaatje: van grond tot mond.”

De combinatie van voedsel produceren, verkopen én koken maakt van ’t Schop het totaalplaatje van voedselbeleving. En met een Babantse inslag. Jan: “We willen mensen met een lach weg zien gaan, en dat doe je door mensen samen te brengen. Varkens die alleen in een hok zitten eten ook minder dan wanneer ze samen zijn. Samen eten schept een band, dat is ook ons motto.”

 

Cookie-instellingen